In december 2020 besloten de regeringsleiders van de Europese Unie zich ertoe te verbinden hun gezamenlijke CO2-uitstoot met 55% terug te dringen tegen 2050. Nederland besloot ambitieuzer te zijn en te werken naar een vermindering van maar liefst 95-100%. De Regionale Energietransitie (RES) werd in het leven geroepen om de transitie van fossiele brandstoffen naar duurzame energiebronnen mogelijk te maken.
Maar zo’n transitie kan heel wat ingrijpende veranderingen met zich meebrengen. Daarom besloot de overheid dat inwoners, ondernemers en andere belanghebbenden actief bij het besluitvormingsproces betrokken moesten worden. In de nasleep van deze beslissing zijn heel wat gemeenten dan ook volop aan de slag gegaan om hun community te betrekken bij het opstellen van de transitievisies. Nu de plannen op tafel liggen is het tijd voor reflectie. Waar staan we in het proces? Wat kunnen we leren uit deze beginfase? En hoe zal het project verder evolueren? Laat het ons even bekijken.
Waar we nu staan
Nederlandse steden en gemeenten hebben de afgelopen tijd massaal ingezet op het optimaal benutten van de collectieve intelligentie. Inwoners, organisaties, belangengroepen en energieleveranciers werden geraadpleegd over en betrokken bij de opmaak van de regionale plannen. Ook op onze CitizenLab-platforms kreeg de Regionale Energietransitie een belangrijke plek toebedeeld:
- In Nieuwkoop werden verschillende participatiemethodes gecombineerd om inwoners te bevragen over de plaatsing van zonnevelden en windturbines. Aan de hand van een informatieve webinar, interactieve kansenkaarten en een uitgebreide enquête verzamelde de gemeente de input van belanghebbenden en geïnteresseerden.
- De gemeente Schagen gebruikte het participatieplatform om de community te informeren over de Regionale Energietransitie. Inwoners kregen bovendien de kans hun mening te geven over drie kansrijke projecten: het plaatsen van zonnevelden op parkeerterreinen en grote daken, en de installatie van kleine windturbines op agrarische grond.
- Den Haag polste via een enquête hoe hun inwoners zich voelen over de warmtetransitie, wat hun ideeën en meningen zijn. Bovendien gebruikte de gemeente het platform ook als informatiehub en organiseerde het lokale bestuur 8 inspraakworkshops om in dialoog te treden met belanghebbenden uit verschillende buurten.
De co-creatie van deze transitievisies door alle belanghebbende partijen binnen de gemeenten was nodig om een duidelijk draagvlak te creëren. Echte, duurzame verandering kan er namelijk alleen komen als iedereen z’n schouders zet onder de nieuwe maatregelen. Dankzij de input van de community waren lokale overheden bovendien beter in staat om de juiste prioriteiten te definiëren en innovatieve oplossingen te bedenken.
Enkele belangrijke lessen
Nu de eerste fase van de Regionale Energietransitie is afgerond, is het tijd om even op een rijtje te zetten wat we tot dusver hebben geleerd. Over Morgen bracht enkele belangrijke observaties over de warmtetransities in kaart:
En ook uit onze eigen samenwerkingen met gemeenten kunnen we bepaalde lessen trekken:
- Zorg ervoor dat iedereen mee kan doen. Door een combinatie van verschillende online én offline participatiemethodes te gebruiken, bereik je een diverser doelpubliek en betrek je de hele community.
- Veel hangt af van hoe je over je project communiceert. Welke kanalen gebruik je om je boodschap te verspreiden? Is je boodschap voor iedereen toegankelijk? In onze gratis communicatiegids ontdek je hoe je een communicatiestrategie opzet.
- Bepaal hoe lokaal je aanpak moet worden. Heeft een bepaalde maatregel invloed op de hele gemeente, of alleen op een specifieke wijk? Hoe lokaler je inwoners kan betrekken, hoe beter.
- Maak het persoonlijk. “Aardgasvrij leven” is op zichzelf voor veel inwoners niet voldoende reden om zich betrokken te voelen. Het wordt dus belangrijk je community op een persoonlijke manier te motiveren. Dat kan je doen door bijvoorbeeld lokale ambassadeurs in te schakelen of samen te werken met georganiseerde bewonersgroepen.
Een blik op de toekomst
En dus is de tijd aangebroken om vooruit te kijken. De volgende fase van de Regionale Energietransitie zal er anders uit gaan zien, want we evolueren van beleidsparticipatie naar projectparticipatie. Waar lokale overheden tot nog toe de touwtjes in handen hadden, wordt het aandeel van ontwikkelaars, consultancies en bedrijven zoals energieleveranciers in het ontwikkelen van de lokale actieplannen ontzettend belangrijk. Of zoals het in het Klimaatakkoord wordt uitgelegd:
“Zodra er een concreet energieproject in beeld komt, bijvoorbeeld een windpark, verschuift de verantwoordelijkheid geleidelijk grotendeels van de lokale overheid naar de initiatiefnemer van dat project. Vanaf dat moment (…) is de initiatiefnemer aan zet voor zowel participatie bij het verdere proces, alsook voor het vormgeven van opties voor bijvoorbeeld ontwerpparticipatie of financiële participatie.”
Hoe dit concreet in z’n werk zal gaan kan voor elke gemeente of wijk anders zijn. Maar één van de eerste strategieën over de implementatie van de transitievisie komt, zoals je hier leest, uit de Rotterdamse wijk Bospolder-Tussendijken. Daar hebben inwoners de krachten gebundeld met het gemeentebestuur, energieleverancier Eneco en woningbedrijf Havensteder om samen te bepalen hoe de transitie er voor hen uit zal zien. Een gezamenlijke aanpak die zowel formele als informele netwerken omarmt zorgt in dit geval voor een inclusievere transitie:
“Dit is een heel diverse wijk met veel culturele en etnische netwerken. Met alleen een brief met de mededeling ‘je gaat van het aardgas af’ kom je er niet. (…) Langzamerhand werd steeds duidelijker hoe goed de netwerken, organisaties en sleutelfiguren uit de wijk kunnen helpen om mensen te bereiken.”
Wat we kunnen meenemen
De energietransitie is een gigantische uitdaging waarvan iedereen de impact zal voelen. Het in de praktijk brengen van deze nieuwe projecten en maatregelen brengt onvermijdelijk vragen met zich mee. Hoe overtuig je bedrijven de nodige veranderingen door te voeren als dat voor hen financieel niet voordelig is? Hoe leg je uit aan wijkbewoners van verschillende achtergronden en leeftijden dat de wijk binnenkort van het aardgasnet af gaat? Waar komen de windturbines en zonnevelden die ons voortaan van energie moeten voorzien? Pasklare antwoorden zijn er niet, maar dit is wat we wel weten:
- Participatie blijft ook in de volgende fase belangrijk. De input van de community mag dan in acht genomen zijn bij het opmaken van de visies en plannen, het blijft essentieel om een sterk draagvlak voor deze ingrijpende veranderingen te behouden. Door inwoners en andere belanghebbenden bij de implementatiestrategie te betrekken, zorg je ervoor dat de nieuwe maatregelen worden doorgevoerd op maat van (de behoeftes van) de verschillende groepen.
- Het wordt een verhaal van verschillende partijen. Niet alleen lokale overheden en inwoners moeten hun inbreng kunnen geven in de volgende fase. Ook ontwikkelaars, lokale organisaties, energieleveranciers en ondernemers moeten mee kunnen denken over hoe de transitie in de praktijk kan worden gebracht.
- Gemeenten horen de community te blijven overtuigen. Lokale overheden zijn de drijvende kracht achter dit project. Daarom horen ze steeds opnieuw terug te koppelen naar het ‘waarom’ achter deze transitie. De klimaatuitdaging is er één die ons allemaal treft. Alleen door nu in te grijpen kunnen we samen vol vertrouwen de toekomst tegemoet.
Van start gaan met participatie?
Het CitizenLab-platform biedt gemeenten een gestructureerde en gespecialiseerde tool om participatieprojecten te organiseren. Ook in de toepassingsfase van de energietransitie kan CitizenLab lokale overheden ondersteunen in het betrekken van hun community. Benieuwd hoe je dit aanpakt?