Het afgelopen jaar is de manier waarop we werken, reizen, communiceren en zelfs stemmen radicaal veranderd. En tussen al deze veranderingen door werd één ding pijnlijk duidelijk: in crisistijden is burgerparticipatie geen fijne extra, maar een echte noodzaak.
We hebben CitizenLab 5 jaar geleden opgericht. Dat deden we uit overtuiging: we geloven dat we onze democratie beter, sterker en eerlijker kunnen maken door burgers een stem te geven in lokale besluitvormingsprocessen. En lange tijd zagen we dat gemeenten burgerparticipatie als een nice-to-have beschouwden. Het was een manier om extra budgetten slim te besteden en in één klap wat persaandacht te krijgen. Maar vaak stond die participatie niet centraal (genoeg) in het gemeentelijke besluitvormingsproces.
Maar dan kwam 2020, het jaar dat een globale pandemie, wereldwijde sociale protesten en een ongeziene klimaatrespons met zich meebracht. In de context van die globale uitdagingen en de daaruit voortkomende politieke verdeeldheid gingen zowel regeringen als het maatschappelijke middenveld op zoek naar manieren om burgerparticipatie en innovatieve deliberatieve processen te organiseren.
Overheden kunnen het niet alleen
Want we mogen het zeggen zoals het is: zaken als de klimaatverandering en de COVID-19 pandemie zijn zo complex dat regeringen ze niet alleen kunnen oplossen. Zoals Lex Paulson aangaf tijdens het recente Civic Hall Brussels-evenement “dwingen wereldwijde uitdagingen onze regeringen tot een soepelere, transparantere en meer op samenwerking gerichte aanpak”.
Burgerbetrokkenheid in onze beleidsvorming groeide de laatste jaren exponentieel: in die mate zelfs dat de OESO het heeft over een “deliberatieve golf”. In 2020 verschenen in alle uithoeken van de wereld burgerraden en burgerinitiatieven, van een crowdsourcingwet in Estland tot nationale referenda over de Chileense grondwet.
De succesvolle Ierse burgerraden in 2016 vormden duidelijk een voorbeeld voor de rest van de wereld. Deze vorm van participatie wordt gezien als de uitgelezen manier om tot consensus te komen, politiek gevoelige kwesties te ontmijnen en innovatieve, legitieme oplossingen te helpen vinden. In 2020 dienden ze om een waaier aan onderwerpen aan te kaarten, van de klimaatverandering tot het tegengaan van haatdelicten. De oplossingen die uit burgerraden voortkomen worden vaker door de bredere bevolking geaccepteerd, en de ervaring leert dat burgerraden zowel op nationaal als hyperlokaal niveau kunnen werken.
Overheden die niet met de deliberatieve golf meegaan worden niet alleen gezien als ouderwets en onbetrouwbaar, ze lopen ook het risico niet tegemoet te komen aan de noden van hun burgers. In haar boek “Democratic Reason”: Politics, Collective Intelligence, and the Rule of the Many” pleit politiek theorist Hélène Landemore dat collectieve intelligentie zorgt voor een betere besluitvorming en een sterkere democratie. Lex Paulson gaat nog een stap verder. Hij suggereert dat een gebrek aan collectieve intelligentie autoritaire regimes kan doen falen. Autoritaire figuren die weigeren samen te werken met burgers en externe krachten in complexe, mondiale kwesties, zoals het klimaat of de strijd tegen terrorisme, zijn volgens hem gedoemd om te mislukken.
De tools zijn volop in ontwikkeling
In het verleden werd waardevolle participatie vaak belemmerd door technische tools. Online participatieplatformen zijn fantastische instrumenten om een groot publiek te bereiken, maar ze kunnen voor oppervlakkige input zorgen. Stemmen, kliks en vind-ik-leuks zijn nu eenmaal niet genoeg om tot consensus te komen en de gemeenschap te versterken. Offline samenkomsten en gemeentevergaderingen, daarentegen, maken al langer deel uit van het democratische weefsel van onze samenleving. Lokale overheden voeren deze diepgaande gesprekken om bewoners te kunnen raadplegen over zaken als budgetten of stedelijke planning, en ze hebben dan ook een belangrijke rol in het opbouwen van die wederzijdse vertrouwensband.
De coronacrisis heeft dit onderscheid volledig weggeveegd en ervoor gezorgd dat alle gesprekken voorlopig online gevoerd moeten worden. Civic Tech-tools hebben zich in recordtijd aangepast aan dit nieuwe normaal. In het voorjaar van 2020 lanceerde CitizenLab een nieuwe online workshops-functionaliteit om aan de noden van lokale overheden tegemoet te kunnen komen. Deze functie maakt het mogelijk om online discussies te voeren in zowel kleine als grote groepen, en combineert diepgaande raadpleging met gelijklopende stemmingen of enquêtes. De democratische dialoog kan zo in stand gehouden worden, ongeacht de gezondheidssituatie. En het is nu bovendien een stuk makkelijker om groepen te bereiken die traditioneel minder geneigd zijn om deel te nemen aan fysieke raadplegingen, zoals minderheden of jongeren.
Een andere belangrijke evolutie is dat online tools het steeds makkelijker maken om een grote instroom aan input te verwerken. Terwijl online participatieprojecten vroeger vaak werden beschouwd als extra werk, zorgen de geautomatiseerde processen er vandaag voor dat participatie naadloos binnen bestaande workflows past. Civic Tech-bedrijven werken bovendien hard aan het progressief combineren van verschillende databronnen. Binnenkort zullen lokale raden dus inzichten uit sociale media, enquêtes of online raadplegingen op één plek kunnen centraliseren. Dit komt ook burgers ten goede, want lokale participatieplatformen zullen centrale hubs worden om informatie te centraliseren en open databronnen, persberichten en het laatste lokale nieuws te delen.
Tenslotte zijn overheidsprocessen in volle ontwikkeling om het opstarten van een participatieproject te vereenvoudigen. De EU herbekeek onlangs het kader voor burgerinitiatieven, wat het voor inwoners makkelijker maakt om initiatieven voor te stellen, handtekeningen te verzamelen en hun ideeën tot in het Parlement te krijgen. Zowel de Europese Green Deal en de Belgische parlementaire hervorming, beide processen in volle gang, willen burgers een centrale rol geven bij het stellen van prioriteiten en het uitstippelen van toekomstige processen. En ook in de VS zijn er aanwijzingen dat de staten richting een directe democratie evolueren. In 2020 geeft een steeds groeiend aantal staten aan voorstander te zijn van een aanpassing van het kiescollege en een rechtstreekser verkiezingsproces.
Burgers willen betrokken worden
Eén van de drijvende krachten achter de groei van burgerparticipatie zijn natuurlijk de burgers zelf. In een wereld vol uitdagingen willen ze steeds meer actie ondernemen door zelf bottom-up initiatieven te lanceren. Van de WirVsVirus-hackathon tot de Black Lives Matter-betogingen of de Climate Countdown, burgers komen massaal samen om verandering te eisen, innovatieve oplossingen te zoeken en onze democratieën te hervormen.
Ondanks de globale pandemie ging een recordaantal Amerikaanse burgers stemmen in november. Naast de nieuwe president konden de Amerikanen ook stemmen voor directe maatregelen over verschillende thema’s, zoals het kiescollege, wapenbeheersing of de stemgerechtigde leeftijd in het land. De grotere betrokkenheid van kiezers is een sterk signaal dat burgers rechtstreeks invloed willen uitoefenen op het beleid, en dit kan dan weer participatie op het lokale niveau stimuleren.
Bij CitizenLab zagen we ook op onze eigen platforms de participatiecijfers stijgen. Tussen januari en oktober 2020 groeide het aantal actieve burgers op onze platformen met 72%. Onze penetratiegraad (het percentage burgers dat onze platforms gebruikt in een gegeven stad) steeg met 26%.
Het is het afgelopen jaar een eer geweest om met lokale overheden samen te kunnen werken en hen via burgerparticipatie sterker en hechter te zien worden. 2020 is een ongelooflijk uitdagend jaar geweest, maar het heeft ons ook getoond hoe krachtig burgerparticipatie kan zijn. We zijn enorm benieuwd om te zien hoe dit alles verder gaat evolueren.
Benieuwd om te ontdekken hoe je zelf een participatieproject op poten zet? Neem vandaag nog contact op!